In de discussie rond de verpleeghuiszorg de afgelopen weken klonk al gauw de roep om meer personeel. Arts en filosoof Bert Keizer riep op om artsen en verpleegkundigen in verpleeghuizen veel beter te belonen. Sportjournalist Hugo Borst wijt de slechte zorg bij Laurens, waar zijn moeder verblijft, aan te weinig personeel. In diezelfde week verscheen ook het rapport Meer is niet per se beter van de Universiteit Maastricht naar de relatie tussen de personeelsbezetting en de kwaliteit van zorg. De conclusie staat haaks op de roep om meer handen aan het bed: dat leidt niet automatisch tot betere zorg.
Roep om meer personeel is begrijpelijk
Hoogleraar ouderenzorg Jan Hamers had de roep om meer geld en personeel wel verwacht. Hij begrijpt het ook wel. ‘Iedereen wil een eenvoudige oplossing. Maar wij hebben geen verband kunnen ontdekken tussen meer personeel en betere kwaliteit van zorg.’ De vergelijking met privéklinieken voor rijke ouderen vindt Hamers niet eerlijk. ‘Ja, als iedereen net als prinses Juliana destijds een privéverpleegkundige heeft die 24 uur beschikbaar is, dan lijkt het probleem opgelost. Maar het is niet realistisch om het gemiddelde verpleeghuis daarmee te vergelijken. Zo hebben we in Nederland de zorg qua bekostiging niet georganiseerd.’
Meer personeel = meer vastbinden
De roep om meer personeel speelde enkele jaren geleden ook in de discussie rond het vastbinden in verpleeghuizen. ‘Verpleeghuizen stelden dat ze daar pas mee konden stoppen als er meer personeel was. Maar wat bleek uit ons onderzoek? Meer personeel leidt juist tot meer vastbinden. Het had veel meer te maken met de visie op zorg, hoe medewerkers ouderen bejegenen en hoe huizen de zorg organiseren.’
Bevlogenheid leiders
Opvallend blijft dat er verpleeghuizen zijn die met een vergelijkbaar budget veel betere resultaten behalen dan andere. Waarom kopiëren andere huizen die succesformule dan niet? Maar zo simpel is het niet. Het succes van individuele verpleeghuizen is volgens Hamers vaak te danken aan de bevlogenheid van de leiders. ‘Die zijn helemaal doordrongen van een bepaalde visie. En ze weten die ook over te brengen op alle niveaus in de organisatie. Een goed voorbeeld van een nieuw initiatief is de Reigershoeve in Heemskerk. Kopiëren is niet makkelijk omdat de passie van de mensen en het leiderschap door de hele organisatie een succesfactor is.’
Traditionele verpleeghuiszorg
De traditionele verpleeghuiszorg doet er goed aan kritisch naar de eigen manier van werken te kijken. Medewerkers werken daar vaak nog systematisch de kamers af om iedereen wakker te maken en te douchen. ‘Dat hebben ze zo geleerd op de opleiding. “Ik heb pas een voldaan gevoel als ik vijf mensen voor de lunch heb gewassen”, hoorde ik een verzorgende zeggen. In veel verpleeghuizen rennen medewerkers heel hard om alles te regelen zoals dat is bedacht. Maar waarom kunnen bewoners niet uitslapen?’ Een ander verbeterpunt vormt de inzet van mantelzorgers. Familieleden zijn gewend om allerlei zaken te doen, maar bij opname in een verpleeghuis mag dat soms niet meer en neemt het verpleeghuis alles uit handen.
Lückerheide
Een goed voorbeeld van een geslaagde verandering in de reguliere zorg is verpleeghuis Lückerheide in Kerkrade. ‘Toen ik daar twintig jaar geleden kwam, stonk het er naar urine, hoorde je bewoners schreeuwen en rende het personeel over de gangen. Nu ruikt het er prettig, dragen medewerkers geen uniform meer, worden bewoners niet meer vastgebonden en zijn ze rustig. De directeur weet wat er speelt op de werkvloer en wordt op handen gedragen. Ik leid buitenlandse gasten hier vaak rond. Het valt hen op hoe goed de sfeer er is. Ze hebben ook onorthodoxe oplossingen. Er is een afdeling met alleen Korsakov-patiënten. Die doen vrijwillig onder leiding van een tuinman het tuinonderhoud. Dat geeft een zinvolle dagbesteding en scheelt ook weer geld.’
Meer hbo-verpleegkundigen
Het rapport constateert dat verpleeghuizen te veel leunen op laagopgeleid personeel. Maar alleen inzetten op meer hbo-verpleegkundigen, is niet voldoende. Meer verpleegkundigen op de werkvloer helpt wel om leiderschap door de hele organisatie te verspreiden. ‘Het gaat om een goede mix van handen, hart en hoofd’, aldus Hamers.